Wat zie je?

De eerste grafiek geeft het verschil in herbestemming tussen de rijksmonumenten, gemeentelijke monumenten, karakteristieke en beeldbepalende panden in de gehele provincie, en ook per categorie in de gehele provincie. In de tweede grafiek is dat onderverdeeld naar huidige functie en is het verschil in kaart gebracht ten opzichte van stedelijk en landelijk gebied. De derde grafiek geeft de verspreiding over de gemeenten weer. Als laatste is verspreiding van de leegstaande monumenten in een kaart van de provincie weergegeven.

Wat monitoren we? 

De herbestemming wordt gemonitord om deze over een aantal jaren te vergelijken met de nieuwe onderzoeksuitkomsten en zo trends te signaleren.

Wanneer is er sprake van herbestemming?
Van herbestemming is sprake als een object wordt gebruikt voor een ander doeleinde dan waarvoor het gebouwd is. Bijvoorbeeld een kerk of school waarin appartementen zijn gebouwd. Sommige typen monumenten lenen zich moeilijk of slechts met veel kostbare aanpassingen voor passende herbestemming of er gelden vanuit de beschermde status beperkende voorschriften voor gewenste aanpassingen. Met name kerkgebouwen en verdedigingswerken zoals forten en bunkers zijn moeilijk te transformeren voor een alternatieve bestemming.

Niet van toepassing
Bij sommige objecten, met name die uit de categorieën Weg- en waterbouwkundige werken (bruggen en sluizen bijvoorbeeld) en Voorwerpen op pleinen en dergelijk (denk aan hekken en gedenktekens), is herbestemming niet mogelijk. Ook voor objecten die wel als gebruiksobjecten kunnen worden beschouwd maar te klein zijn om er een nieuw gebruiksdoel voor te vinden, wordt herbestemming als een onmogelijkheid gezien. We trekken deze grens bij objecten met een bruikbare vloeroppervlakte kleiner dan 9m2. In die gevallen krijgt het object in de Erfgoedmonitor onder herbestemming de vermelding ‘niet van toepassing’.

Achtergrond

De mate van stedelijkheid is een maatstaf voor de concentratie van menselijke activiteiten gebaseerd op de gemiddelde omgevingsadressendichtheid (oad), zoals door het CBS gedefinieerd. Wij hanteren een indeling waarbij de 5 CBS-categorieën zijn samengevoegd tot 3 categorieën:

  • Stedelijk: Meer dan 1500 adressen per km2 (zeer sterk stedelijk + sterk stedelijk
  • Matig stedelijk: 1000 tot 1500 adressen per km2
  • Landelijk: Minder dan 1000 adressen per km2 (weinig stedelijk + niet stedelijk)

Bron: Fenicks, CBS