Milieugezondheidskwaliteit
De gezondheidskaart lucht gebruikt de gegevens over de luchtkwaliteit in Nederland en vertaalt deze naar een milieugezondheidskwaliteit voor lucht in Groningen.
Home / Milieumonitor / Milieumonitor provincie Groningen / Lucht
De gezondheidskaart lucht gebruikt de gegevens over de luchtkwaliteit in Nederland en vertaalt deze naar een milieugezondheidskwaliteit voor lucht in Groningen.
De uitstoot van bedrijven vormt belangrijke informatie over de welke bijdrage deze levert aan de algemene luchtkwaliteit in Groningen.
De bevolkingsgewogen concentraties stikstofdioxiden en fijnstof zijn de belangrijkste indicatoren voor de luchtkwaliteit en worden gemonitord door het Nationaal Samenwerkingsprogramma Lucht (NSL).
Het landelijk meetnet geeft continu inzicht in de luchtkwaliteit in Groningen op basis van metingen in Nederland en Europa. Het is geen beleidsindicator, maar biedt wel beleidsinformatie.
We hebben verschillende rollen als het gaat over luchtkwaliteit. We zijn bevoegd gezag bij bedrijven die vallen onder de Richtlijn Industriële Emissies (voorheen IPPC richtlijn) en onder de Omgevingswet. Het VTH-instrument is zeer belangrijk als het gaat om emissies naar de lucht bij de bedrijven. In het kader van het Schone Lucht Akkoord (SLA) hebben we de plicht om tweejaarlijks onze gegevens over de uitstoot van verkeer op provinciale wegen aan te leveren bij het RIVM ten behoeve van het Centraal Instrument Monitoring Luchtkwaliteit (CIMLK). Deze gegevens vormen een belangrijke informatiebron om de impact van stikstofdioxide en fijnstof in heel Nederland in kaart te brengen. Het RIVM brengt deze in opdracht van het ministerie van IenW in kaart door middel van metingen en berekeningen voor de jaarlijkse monitoring luchtkwaliteit.
In het SLA hebben we afgesproken om gegevens aan te leveren met betrekking tot de monitoring van gezondheidswinst door emissiereductie bij binnenlandse bronnen.
Daarnaast hebben we vanuit het SLA een faciliterende en stimulerende rol als het gaat om de gezamenlijke opgave met gemeenten en andere partners in onze provincie. We delen kennis, monitoren luchtkwaliteit en adviseren over beleid dat bijdraagt aan het verbeteren van de luchtkwaliteit. Daarbij vertalen we de doelen en ambities uit het SLA door naar eigen beleid op het gebied van gezondheid, industrie, landbouw, inkoop en mobiliteit. We hebben een regisserende rol als het gaat om luchtkwaliteit in onze provincie bij lokale bronnen. Het adviseren bij omgevingsplannen en het toetsen en adviseren bij andere initiatieven waarbij luchtkwaliteit een rol speelt, zoals bij grote infrastructurele projecten, valt hier ook onder. Tenslotte hebben we de taak om de bevolking te informeren bij het optreden van matige of (zeer) ernstige smog en in uitzonderlijke gevallen een regisserende rol bij het nemen van maatregelen bij het optreden van zeer ernstige smog1.
We willen een goede luchtkwaliteit in onze provincie en proberen ervoor te zorgen dat er geen onacceptabele effecten optreden voor mens en natuur. Hierbij staat het realiseren van gezondheidswinst voor onze inwoners centraal. Het is daarom ook onze ambitie om samen met onze partners de luchtkwaliteit in Nederland permanent te verbeteren. Dat doen we door toe te werken naar substantiële reductie van de gezondheidsschade door luchtverontreiniging in 2030.
De grootste gezondheidsschade door luchtverontreiniging wordt veroorzaakt door stikstofdioxide en fijnstof. In onze provincie hebben we in vergelijking met de rest van Nederland een relatief goede luchtkwaliteit. We zitten overal onder de wettelijke grenswaarden en op veel plekken voldoen we al aan de concentraties die de Europese Commissie voorstelt als toekomstige grenswaarden voor fijnstof en stikstofdioxide. Deze concentraties fijnstof en stikstofdioxide komen overeen met het meest ambitieuze tussendoel (genaamd IT4) van de WHO.
We hebben ons met deelname aan het SLA geconformeerd aan de volgende doelstellingen en ambities uit het Akkoord:
• het doel om landelijk in 2030 gemiddeld minimaal 50% gezondheidswinst ten opzichte van 2016 te behalen voor de negatieve gezondheidseffecten afkomstig van binnenlandse bronnen;
• het streven naar een permanente verbetering van de luchtkwaliteit om gezondheidswinst voor iedereen in Nederland te realiseren waarbij wordt toegewerkt naar de advieswaarden van de WHO voor stikstofdioxide en fijn stof in 2030;
• het onderschrijven van de ambitie om in de sectoren (weg)verkeer, inclusief mobiele werktuigen, landbouw, scheepvaart, industrie en huishoudens een dalende trend in te zetten van emissies van stikstofdioxide en fijn stof naar de lucht; en
• erkennen dat één ieder verantwoordelijk is voor de eigen bijdrage aan de doelstelling en dat partijen gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het uitvoeren van het Akkoord.
We streven ernaar zoveel mogelijk de nieuwe WHO-advieswaarden te benaderen voor fijnstof en stikstofdioxide, binnen de kaders van het SLA.
We monitoren:
• de uitstoot van industriële bedrijven in Groningen volgens de E-PRTR registratie;
• de jaargemiddelde concentraties fijnstof en stikstofdioxide in Groningen; en
• de bevolkingsgewogen concentraties stikstofdioxide en fijnstof.
We monitoren met behulp van de gezondheidsindicatoren van het SLA en bestaande dosiseffect relaties:
• de gezondheidswinst in de provincie Groningen door de SLA-maatregelen.
Europa zet met nieuw beleid in op het aanscherpen van de luchtkwaliteitseisen en het vergroten van de sturingsmogelijkheden van regionale en lokale overheden. Naast CO2-emissie reductie, staan de Zero Pollution Ambition en de Strategie Duurzame Chemische Stoffen centraal in het verbeteren van de luchtkwaliteit. Op deze manier werkt de EU toe naar de advieswaarden van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en andere doelen zoals het verbeteren van de biodiversiteit en duurzame ontwikkeling. De nadruk ligt daarbij op richtlijnen en kaders die tot doel hebben handvatten te bieden ter voorkoming van uitstoot en verontreiniging aan de bron, het zogenaamde bronbeleid.
1 Groningen beschikt over een draaiboek smog. Hierin staat wat er moet gebeuren als zich in de provincie smog voordoet, hoe daarover informatie wordt verstrekt, op welke wijze voorlichting en gedragsadvisering aan de bevolking verloopt en wie eventueel tijdelijke maatregelen treft. Tevens vraagt de smogregeling per provincie nadere concretisering om in situaties van smog snel en adequaat te kunnen handelen.