Kanalen en wijken
Kanalen en wijken werden voornamelijk in de natte veengebieden van de provincie aangelegd om water af te voeren, turf te winnen en de gronden tot agrarisch gebruik om te zetten. Daarnaast werden ze gebruikt om mensen, vee en goederen te vervoeren. Wijken zijn als afwateringsstructuur veelal haaks gegraven op de hoofdstructuur; de kanalen. Een aantal waardevolle kanalen en wijken en de daarmee samenhangende elementen zoals sluizen (verlaten) en bruggen is landschappelijk en cultuurhistorisch waardevol.
Kanalen en wijken hebben hoge ecologische waarden; zo is het struweel langs de oevers belangrijk voor akkervogels en in het water komen bijzondere soorten voor zoals het Krabbescheer plantje en de Groene Glazenmaker (libel).